Op zoek naar de prins

Op zoek naar de prinsInleiding

Het was een rustige ochtend in oktober. Het gras van de velden rondom de stad Eveyron was bedekt met dauw. Het beloofde een mooie dag te worden. Plotseling werd de stilte doorbroken: je hoorde een luide, onmenselijke kreet in de verte, ergens buiten de stad. Rickon, de zeventienjarige prins van de stad, ging nieuwsgierig gewapend met zijn dolk op de geluiden af. Hij verveelde zich anders toch maar, zijn moeder was immers overleden en zijn vader lag op het sterfbed. Bovendien had hij geen broers of zussen om mee te spelen. Zelfs de jongeren van de stad mochten zijn vrienden niet zijn, omdat het te gevaarlijk was om buiten de kasteelmuren te komen in tijden van oorlog en onrust.
Rickon liep met zijn dolk in de hand in volle snelheid langs de bomen en struiken in het bos. De geluiden kwamen uit het oosten, waardoor de prins moest afwijken van het vertrouwde bospad.
Hij rende de struiken in. Weer hoorde hij een weerzinwekkende hoge toon die van een of ander beest leek te komen. Rickon toonde geen angst, maar voelde enkel de drang om door te gaan. Hij wilde weten waar het geluid vandaan kwam. Het kon onmogelijk Drogo zijn, hij was al jaren niet meer gezien boven de bossen en akkers van Eveyron.
Men fluisterde dat sinds enkele jaren de verschrikkelijke Drogo was teruggekeerd uit het zuiden. Hij had jarenlang dorpen en steden geplunderd en beroofd, maar er waren talrijke dorpen die hij nog niet te pakken had gekregen? Men denkt dat hij na zijn lange tochten ergens weer tot krachten moest komen, en weldra weer zou verschijnen.
Rickon was ervan overtuigd dat het niets met de draak te maken had en liep door. Na een twintigtal minuten kwam hij aan een donkere burcht. Hij opende de grote eikenhouten deuren. Een oorverdovend gepiep vulde de burcht. Kraaien krijsten en klapwiekten met hun vleugels bij het horen van de jonge prins. De jongen kroop op zijn knieën verder de pikdonkere hal binnen. Hij stak een lucifer op. Rickon hield zijn mouw voor zijn neus, hij kon de doordringende geur van houtskool en verrotting niet verdragen. Hij hoorde voetstappen. "Wie is daar", riep hij. Plotseling blies iemand zijn lucifer uit. Een ijskoude hand greep de enkel van Rickon vast. Een luide kreet weergalmde, waarna de prins met zijn hoofd op de grond smakte. Bewusteloos werd hij meegesleurd in de kerkers van de burcht. Sinds die dag heeft het dorp Rickon nooit meer gezien. In Eveyron hangen overal posters tegen de muren: wie Rickon vindt, mag met hem huwen en mag heersen over het land.
Het prachtige paleis schittert in het zonlicht. De grote torens reiken naar een paar kleine wolken die traag over het land glijden. De wachters van het paleis vervelen zich en proberen er allerlei vreemde dieren in te ontdekken. Het middageten is net voorbij en de adellijke families in het paleis maken zich klaar voor een jachtpartij, een schaakspel of gewoon een middagdutje. Maar jullie niet! De dag van de eclips komt steeds dichterbij en jullie tijd is ook gekomen. Het avontuur gaat bijna beginnen. Na een lang overleg op het laatste familiefeest hebben jullie besloten de macht te grijpen. Hoewel niet iedereen gelooft in die vreemde voorspelling, is iedereen het er over eens: jullie nemen liever het zekere voor het onzekere, want het zou maar eens waar moeten zijn!
Gepakt en gezakt staan jullie klaar voor vertrek. Na een laatste familieoverleg dalen jullie de trappen van de toren in het kasteel af. Een idee waar de prins te vinden is, hebben jullie niet, een gids evenmin. Maar jullie zin voor avontuur (en vooral eeuwige roem en rijkdom in het vooruitzicht) zullen zeker volstaan.
Beneden, in de grote statige hal van het paleis van de koning, zien jullie dat er wel heel veel volk op de been is. Het wemelt van de lakeien en adellijke families. Hopelijk ontdekt niemand jullie, want dat zou wel eens lastige vragen kunnen opleveren.